Toen Koen 14 was, werd hij als fietser aangereden door een auto. Hij lag acht weken in coma.

“Alles was anders dan tevoren”
Ik was drie maanden lang in een revalidatiecentrum. Daar kreeg ik allerlei training, ook geheugentraining. Daar heb ik namelijk meest van al problemen mee sinds mijn ongeluk: met onthouden. Vooral op school is dat lastig. Alles was daardoor anders dan tevoren. Ik ben gestopt met mijn gewone schoolopleiding en kreeg eerst les van de mensen van Logos, een studiebegeleidingsdienst, later hier op het OTL. Ik probeerde via de centrale examencommissie vakken af te leggen. Maar je moet daar alles in één blok afleggen: de economische vakken, de boekhoudkundige vakken. Voor die laatste was ik niet geslaagd. Dan heb ik tegen mezelf gezegd: Stop! Ik ga werken! Ik ging stage doen bij een fietsenmaker. Aan die man heb ik heel veel. Binnenkort ga ik solliciteren bij fietsenproducent Granville in Kortenberg. Ik woon sinds kort ook in een huis met zes vrienden, en niet meer bij mijn ouders.

“Elke dag was er wel iemand aan mijn bed”
Mijn vrienden betekenen heel veel voor mij. Ze hebben me gelukkig absoluut niet laten vallen. Ik had een grote vriendenkring en ik was ook bij de scouts. Elke dag stond er wel iemand van hen aan mijn bed, ook al weet ik daar niet veel meer van. Ik maak ook gemakkelijk nieuwe vrienden. Onlangs was ik met een vriend mee naar een studentenfeestje en daar zag ik iemand die mij herkende als zijn fietsenmaker. Dat is altijd plezant!

“Ik ben iemand die graag lacht”

Ik denk niet dat mijn humeur veranderd is door het ongeluk. Dat weet ik niet zeker natuurlijk, want een deel van mijn herinneringen van voordien ben ik kwijt. Maar ik was vroeger ook al iemand die graag opviel en veel lachte, en dat ben ik nog altijd. Als er iets ergs gebeurt, waarvan ik in de put kan raken, denk ik gewoon aan iets tofs dat gebeurd is.

“Ik ben graag met mijn handen bezig”
Vroeger wilde ik architect worden. Maar dat kan ik nu, na mijn ongeval, niet meer. Dus moest ik op zoek naar iets nieuws om te doen. Fietsen was ook altijd al iets belangrijks in mijn leven. Daar was ik veel mee bezig: met het fietsen zelf en met het sleutelen aan mijn fiets. Ik kan het niet goed missen om met mijn handen bezig te zijn. Dat was dus een mogelijkheid. Een andere mogelijkheid was dat ik Autocad zou gaan studeren, om allerlei dingen te kunnen ontwerpen via de computer. Daar heb ik lang en zwaar over nagedacht. Ik heb er zelfs de hulp van een psycholoog voor ingeroepen. Uiteindelijk is de keuze gevallen op fietsenmaker. Als ik zou gaan studeren, zou ik altijd moeten stil zitten. En dat wilde ik niet, ik was liever bezig met mijn handen.

“Van dag tot dag”
Wat de toekomst zal brengen, weet ik niet. Dat ligt nog open. Ik leef meer van dag tot dag: we zien wel waar ik uitkom. Ik zou wel graag nog eens naar zee fietsen. Dat is iets wat ik graag ooit eens zou willen doen. Ik vind het fijn om lange afstanden te fietsen. Dat doe ik vaak in het weekend, vooral in de zomer. Ik heb een koersfiets, dus dat gaat best snel. Fietsen is voor mij tegelijk een vak en een hobby.

“Beu”

Al die onderzoeken en therapieën, dat wordt me wel eens te veel. Ik ben het stilaan beu om nog meer onderzoeken te doen. Dat komt er altijd maar bij. Ik volg ook nog altijd kine. Dat is wel bij een toffe madam, hoor. Die probeert via oefeningen mijn benen uit te rekken, zodat ze minder gaan trillen. Mijn spieren zijn namelijk ingekort door mijn comateuze toestand. Die kine valt wel mee, maar verder heb ik geen zin meer in alle mogelijke onderzoeken!